Zag de dagen rijgen
De zon en de wind
En de maan
En het licht van kaarsen
Je haar vlechten
En de kralen kleuren
Zag de dagen oren spitsen
Om de neurie
De woorden, het gezang
De lach
Om met vrolijk zoemen
Het rijgen begeleiden
Zag de dagen kijken
Altijd weer verwonderd
Overrompeld soms
De doorkijkjes naar binnen
De poorten naar je ziel
Bevangen door het ongeloof
Van dat onbevangen
Zag de dagen rijgen
Langzaam kraal voor kraal
De ketting van het leven
Dralend graag
Talm maar rustig
Parelende dagen zat
Haast niet
Nee, geen haast