Het hart kent – vele geheimen.
Liefde is nectar voor de ziel.
Dankzij haar liefde- voor de engel die viel
Kon de engel niet wegkwijnen.
Haar gevangenschap was lang-
Haar lijdensweg hard en droef.
‘Eva was niet verlijd door een slang-‘
‘Niet door mijn lief- in wiens schouder ik mijn hoofd, en leed begroef.’
Haar lijdensweg- ongenadig venijn.
God liet haar ervaren
– wat het is, om een gevallen engel te zijn.
De gevangenschap kostte jaren.
Het wezen, wat haar opsloot in de gevangenis
Kon haar ziel echter niet breken.
Tussen hemel en droevenis
Besloot ze haar lijdensweg te ‘wreken.’
Haar verdriet was waanzinnig, het was écht,
Gestraft worden voor ware liefde…
En de ontreddering die haar doorkliefde.
God, ja, haar meester – hij is slecht.