Ik ken een vrouw een brave vrouw, ze is altijd om me heen.
Ze is vrolijk als ik vrolijk ben, en treurig als ik ween.
Ze zorgt, ze slaaft, ze werkt, ze zwoegt, en rust soms dag noch nacht.
Ze geeft me al wat ik nodig heb, ze schudt mijn bedje zacht.
Het eerste kusje geeft ze me vroeg in de morgenstond, de laatste zoen die ik `s avonds krijg, drukt ze me op mijn mond.
En ben ik ziek dan zie ik wel in ieder oog een traan, en haar trouw zorgend, vroeg of laat vlak bij mijn bedje staan.
Wie kent die vrouw, die lieve vrouw, die mij zo teer bemint?
Dat is mijn allerbeste moe, en ik, ik ben haar kind....