Julia ging uit fietsen Zonder te weten waar ze gaat Het is in ieder geval verder Dan het eind van de straat
Bij zich heeft ze Haar adressenboek Ze zegt dat is Waar ik mijn adres zoek Dan weer fietst zij Door bos of langs kust Stopt bij een terras Voor de nodige rust Ontmoet verschillende mensen Houd ze aan de praat En dat is nou net Waar het Julia om gaat Het brengt verbinding En veel plezier En soms zijn mensen anders Dan hier Vaak treft zij leuke adressen Maar soms heeft zij pech En raakt daarmee Helemaal van de leg Want belde op een dag Zomaar iemand op En vroeg heeft u vanavond plek Dan wordt u mijn volgende stop Zo kwam ze opeens te overnachten In een spookachtig kasteel Maar dat werd haar Toch echt wel teveel Toen zij daar aankwam Ontmoette zij de bewoner Nou je raad het al Deze kon niet ongewoner Als een heks Is hoe ze haar beschreef En ze dacht Wat ik hier nu toch beleef De bewoner Wilde weten Of ze 's avonds Bleef eten Maar Julia koos ervoor Uit te gaan eten En ze dronk de nodige drankjes Dat mag u wel weten Want zij had nodig Heel wat moed Voordat ze ging slapen Bij dat duivelse gebroed Zenuwachtig keerde zij Naar haar slaapadres terug Hoopte naar bed te gaan Echt heel vlug De man des huizes Trof zij toen daar Ook deze gaf haar Een gevoel van gevaar Hij droeg een Lang zwart gewaad Leek de boel te bezweren Kreeg het bijna te kwaad Moet ik hier wel blijven Straks ben ik hier alleen En als ik hulp nodig heb Dan heb ik er geen Eenmaal op haar kamer Heeft zij een stoel voor haar deur gezet Heeft geen oog dicht gedaan Maar constant opgelet Hele nacht liggen appen Met vriend en vriendin Hun duidelijk verteld Dat ik hier nooit meer aan begin Ook werd het adres door gegeven Want stel dat ze ze ze niet meer zou zien Dan konden ze Snel hulp sturen misschien De volgende morgen Bij het ontbijt Waren er gelukkig meer gasten Dat heeft haar zeer verblijd Maar toen ze dachten Gezellig te eten Bleek de heks Had heel wat op haar geweten Verhalen over lijken Luguber en guur Deed Julia vertrekken Ze had genoeg van dit avontuur Nog nooit fietste zij Zo snel waar ze naartoe ging Dat wist ze wel Ze vloog haar vriend In de armen Zo blij dat hij haar Weer kon verwarmen Want van angst Rilde ze als een riet Dit adres nooit meer Want het deugde er niet (n.a.v. wat een vriendin meemaakte tijdens haar fietsvakantie)