Ik besta alleen maar uit frêle tekortkomingen,
suïcidaal in mijn beste kleren en weemoedig met een toets
van naargeestigheid die nog lang blijft nazinderen.
Uit dat wrange gevoel worden dode mensen herboren.
Het is daar kil en ik zie de minnaressen meewarig kijken,
toch drijft mijn eenzaamheid hen tot wanhoop
als ik in gedachten naar het plafond lig te staren
en me slechte seks in drie talen probeer voor te stellen.
Papieren tranen en angstige stemmen,
suikerzoete herhalingen die heel alleen het einde benaderen,
ik kon zomaar hun vriend geweest zijn.
Uren later neem ik afscheid van mijn desolate gevangenis
en slenter me op een zwakzinnige manier naar buiten toe.
Het water roept me bij mijn voornaam, maar klotst dan in haar grijze zelve verder.
gestrest door het verlangen verlies ik me in het ritme van de zee.
De losbandige meisjes lossen op in gebroken beloftes
als ik zonder pardon onder een tram probeer te lopen.
De kwaad kijkende Marokkaanse bestuurder
beschuldigt mijn moeder ervan een hoer te zijn,
weet hij veel...
esteban 18/12/2018