Stilte op de straat.
Slechts een trilling in de lucht,
verraadt,
dat een kerktoren slaat,
als een teken,
dat het leven,
in een uitvaart is gevlucht.
Kringen slijten,
worden wijder,
en vloeien tot,
een spiegelend geheel.
Als een steen,
in kabbelend water,
slaat de schijn nu hard uiteen.
De zomer valt,
nu vast iets later,
maar warmer dan,
in kou alleen..
-