Ik raakte je kwijt- ergens lang geleden
In de tussentijd, veel strijd gestreden
In al mijn dappere wijsheid de mensheid gemeden
Ik heb zoals veel mensen een verleden
Ik ben op mezelf, ik woon afgelegen op het platteland
Na vijftig jaar ben ik daar in een huisje gestrand
De kluizenaar die in vrede leeft en schrijft,
Waardoor mijn doen en laten eenzaamheid verdrijft.
Ik herinner me mijn liefde nog, een vrouw zo mooi en lief,
Aardig en met humor - soms is het leven een dief.
Ik raakte mijn geliefde kwijt, en koos voor een eenzaam bestaan
Ik kon haar niet meer vinden, en schreef over de vlucht van de zwaan,
Over het seizoen waarin ooievaars het land in komen
Ik schreef over merkwaardige visioenen, vooruitzichten en dromen
Lang geleden, wat kan dat een merkwaardige levensloop creƫren
In al mijn lange leven ben ik met mijn geschrijf - de schepping gaan vereren.
Maar mijn lief zag ik nimmer terug, In mijn huisje nabij hoog gebergte
Aan de voet van besneeuwde bergtoppen vergat ik de ergte
Van een eenzaam bestaan, en schreef ik van de sneeuw die ieder jaar weer viel
De mensen in het dorp verderop weten niet waarom ik daar mijn lot beziel
Tot er op een dag, een einde kwam aan mijn leven buiten de maatschappij
Na een nacht vol koorts en warrige dromen, maakte de dood me vrij
Ik was een oude man geworden, een man van honderd jaren
Die om zich heen kijkend, een boekenkast aan wijsheid kon vergaren