Kater-lui
het katten eten stinkt
de vogels plenzen flink
hun vleugels in het water
in het zicht van de luie kater
hij snort een liedje voor de zon
denkt, als ik nu maar vliegen kon
dan had ik hoog de zon aanbeden
kwam nooit maar naar beneden
ach, ben ook hier tevreden
men verhoort hier mijn gebeden
dan miauw ik en krijg water
en eten even later
ik kan buiten als de zon schijnt
binnen als ze weer verdwijnt
ben hier koning zonder land
heb hier de vrije hand
bedenkingen die zomaar komen
het zijn wellicht maar dromen
de zon brand mijn oren
ik verdwijn in het koren.
ela