God houdt er een kastensysteem op na Ik trek laden open en leer weer wat meer Over zijn wansmaak en dergelijke De duivel kijkt met mij mee en grinnikt Vervelende ezel van een vent overigens Is zelf altijd veelte bang geweest Mijn schouders hangen laag van vermoeidheid God en de Duivel kijken besmuikt naar me Ze willen me nog in de hemel of hel zien In de naam van Anahata en de balans Zwerf ik door het universum tussen het gepeupel Als kwart demoon, kwart engel en half mens