We zijn aan boord gegaan
er is ruimte genoeg
voor mens en dier
ieder hier is welkom
niemand die meer vroeg
dan zichzelf, met anderen
verruimde blik, de open zee
samen het ruime sop te delen
geen onverschilligheid, vergeten
is de zondeval van al die tijd
we breken het brood, een schip
onderweg naar land van beloftevol
herbergt geen plaats voor strijd of dood
ieder is gelijk, geen weg is beter
of het langst, de boot glijdt kalm
spiegelend water, vliegend schuim
vrijheid leeft uitnodigend bovendeks
verkregen barmhartigheid in het ruim
lossende zeewind voor twijfel, de angst
omwille de liefde zal valse schijn verdrinken
dit schip vaart op vertrouwen, komt altijd aan
zal nimmer moedeloos verzinken