Wat is gebleven van de heerlijke ogenblikken?
De glans van de ogen,
een druppeltje geur,
een paar zuchten aan de omslag van de
adem op het glas.
een snufje tranen
en een vingernagel vol rouw.
En dan, geloof mij, al bijna niets meer.
Een handvol sigarettenrook,
een vluchtig glimlachen,
en enige woorden,
die zich in de hoek draaien
als afval,
wanneer de wind het verdreef.
En nog, zodat ik het niet vergeet,
drie sneeuwvlokken sneeuw.