Ze wou dat ze beste vriendinnen had maar ze kon ze niet krijgen ze ging steeds op het verkeerde pad mensen bleven tegen haar zwijgen Ze wou dat ze tegen iemand haar hart kon luchten praten over vrouwelijke problemen dat ze niet steeds hele dagen moet zuchten maar iemand haar zorgen op zich kan nemen Ze wou dat ze beste vriendinnen kreeg gewoon iemand waarmee ze eens kon praten een vriendin die haar voeten niet aan haar veegt iemand die haar niet wilt haten Ze wilt dat iemand naar haar luistert op haar werk bij iemand zitten aan tafel niet steeds alleen ergens zit aan gekluisterd want nu zeggen ze steeds tegen haar: “houd eens je wafel” Ze wou dat ze vriendinnen had thuis zit ze ’s avonds heel alleen niemand loopt op het rechte pad niemand wilt ergens met haar heen