Getekend voor het leven door haat geblust.
Verscholen achter struiken voor eigen zelfheid.
Verstopt in bomen hoog voor angst ooit gekend.
Achterhalen van vriendschap, nooit gekend.
Verdrukken van gevoelens door eigenheid.
Ontsnapt.
Ontsnappen uit die wereld, uit die kooi van haat
die ons allen gevangenhoudt.
Lopen, ergens heen, thuis genoemd.
Nooit die thuis gevonden, Nergens genoemnd.
Rennen voor het ondenkbare.
Aankomen in een huis, niet thuis.
Zoekend naar de mens daar, niet hier.
Geen angst, geen haat maar liefde genaamd.
Goedendag.
Uit Respect.