De tuin vol met rozen
En de maan die schijnt
Over haar beschermelingen
Zo lang de nacht gedijt
En eindelijk zeg ik je
Wat ik al Zo lang had moeten zeggen
Er is geen weg meer terug
Ik voel de verlegenheid en de schaamte
Maar die worden weggekust.
Door jou
Mijn diepste wens,
Eindelijk vervult
Al is het maar in mijn dromen.
Je weet het maar nooit,
Van ‘t een kan het ander komen.