De Rode Roos
Liefde als een bij
voor de bloemen
in de wei
blij aan het zoemen.
in het hartje van mei
Liefde als een jong
meisje in een klas
tot het doordrong
dat hij haar vergeten was.
tranen over wangen
het hart vol van haat
vol van verlangen
dat haar liefde ook bestaat.
Liefde als zonnenstralen
op vochtige druppels dauw
die over bladeren dwalen
niet somber en niet grauw.
dwalend over het groen
van de jonge roos
bijna naderden ze toen
na een weg, zo eindeloos
het hart van de bloem
de rode roos.
Liefde als
jij en ik
samen een geheel zoals
zinnen spreken met een blik
en deze nooit meer vergeten.