Boven me kleurde de lucht zwart,
wolken verzamelde zich om me heen.
Alleen, precies zoals hiervoor.
Ik heb het geprobeerd,
tevergeefs maar telkens weer.
In nachten vol oneindigheid,
genoot ik van momenten, die we samen maakte.
In slechts enkele ogenblikken,
is het van me ontnomen.
In momenten van onoplettendheid,
ben ik je kwijtgeraakt.
Mijn hart roept je naam,
dagenlang, onvermoeid.
Telkens iets harder,
maar steeds ongehoord.
Met mijn ogen strak gesloten,
waan ik me een weg, in onwerkelijkheid.
Deze emotie, moet verdwijnen.
Weg uit dit heden,
uit de toekomst, en daar voorbij.
Graag zou ik je daar nog eens ontmoeten,
waar woorden overbodig zijn.
En het schreeuwen van mijn hart,
gehoord kan worden.
Waar jij en ik,
niet langer apart zijn.
En samen momenten beleven,
waarover we dromen kunnen.
Tot in oneindigheid,
met mijn ogen strak gesloten
hou ik je vast,
dichtbij.
Tot dan,
loop jij weg met al het liefs in mij.
11-7-08 – 13-9-09