Hoe kon het toch zover komen,
je leek de vrouw van mijn dromen.
We beleefden zoveel mooie uren,
toch zou het maar even duren.
Je leek eerlijk en oprecht,
ik raakte zo zeer aan jou gehecht.
Ik aanbad je en droeg je op handen,
mijn liefde zou voor immer branden.
Maar van de een op andere dag,
was je verdwenen, je zei niet eens gedag!
Als een dief in een inktzwarte nacht
heb je alles waarin ik geloofde bruut verkracht.
Zo laag kan een mens dus blijkbaar zinken,
met een ijskoude blik andermans ziel verminken.
Naar de reden kan ik enkel gissen,
en toch... blijf ik je missen...
Jouw duivelse spel heeft me diep geraakt,
het heeft me zelfs tot een ander mens gemaakt.
Maar één ding is nog steeds hetzelfde gebleven:
mijn liefde voor jou zal altijd verder leven.