Terwijl je nu m'n dichten leest
ontwaakt in mij dit vurig beest
voortgestuwd op bloed door vains
een prikkeling voor m'n zachte brains
Ik probeer je onderuit te praten
en dit alles neer te dichten
maar m'n stem stokt in m'n keel
en valt in oneindig diepe gaten
dus moet ik voor jou, nu, zwichten
zoniet blijft van mij niets heel.