Het was weer een tijdje goed gegaan,
alles wat ik deed heb ik best goed doorstaan.
Ik heb nog wel vaak aan die momenten gedacht,
waardoor mijn leven eigenlijk is verkracht.
Ook heb ik geprobeerd om weer eens vrolijk te lijken,
want ik had geen zin meer om tegen mezelf te zeiken.
Totdat er gister weer iets door m’n hoofd schoot,
wil ik nog wel leven of toch liever dood?
Op slag werd ik stil en voelde ik me slecht,
en raakte ik weer met mezelf in gevecht.
Weer terug die gedachten naar een paar jaar geleden,
over wat die klasgenoten toen met me deden.
Ik dacht dat tijdperk te hebben afgesloten,
zit nu op nieuwe school met super leuke klasgenoten.
Geen gepest meer tegen mij door deze mensen
een betere klas kan ik me niet wensen.
Maar toch wordt ik ergens nog niet geaccepteerd,
en is het een groot deel van die groep die zich tegen mij keert.
Weer thuis komen na sporten met blauwe plekken,
soms ook wel met blessures door hun en kan ik weer van de pijn verrekken.
Fijn zulke teamgenoten,
het zijn gewoon een stelletje malloten.
Het seizoen zit er gelukkig bijna weer op,
dus dan misschien weer wat minder gekke dingen door m’n kop.
Toch zijn er ook mensen die merken dat het niet zo goed met me gaat,
maar ook zij weten niet dat ik m’n leven haat.
Ik kan gewoon met hen praten als ik zou willen,
als ze dat tegen me zeggen begin ik gewoon te trillen.
Ik weet niet waarom ik er niet gewoon met hen over wil praten,
ben bang dat ze mij hierdoor ook gaan haten.
Terwijl ik hier heel niet bang voor hoef te zijn,
want vertellen aan hen is misschien het beste medicijn.
Ik zet morgen gewoon weer een masker op,
en vertel ik wel weer een leuke mop.
Of ik ooit door kan gaan met het vrolijk lijken,
dat zal binnenkort dat wel een keer blijken.
De vrienden die ik nu wel heb wil ik niet meer kwijt,
ik hou van hen dat is gewoon een feit.
Misschien dat ik hen dus ooit kan vertellen,
wat mij deze tijden zo doet kwellen.
Helpen doen ze me graag,
ondanks al m’n geklaag.
Dus als ik me een keer wat sterker voel,
is vertellen wat er met me aan de hand is mijn doel.
Dan hoop ik dat ze m’n vrienden zullen blijven,
en dat ik eens wat hoopvollere en vrolijkere gedichten kan schrijven.
Op dit moment zie ik dat nog niet gebeuren,
daarvoor zitten in m’n hart nog te grote scheuren.
Het goede leven zal toch wel een keer komen,
ook al is dat iets waarover ik nu alleen nog maar kan dromen!!!!!!