Op mijn...
Op mijn 7e leerde ik wat volwassen zijn was,
"Want je broertje is niet goed"
Dus moest ik maar groot en sterk zijn,
Ook al was ik nog zo klein.
Maar je leert het snel, het gaat niet om jou,
Jij bent normaal dus je red het wel.
De waarheid is dat niemand dat kan,
Zonder een goede achterban.
Op mijn 10e leerde ik wat pijn was,
Toen ik vocht tegen een klas,
Een gevecht wat ik nog steeds niet win,
Ook al vecht ik het elke dag.
Ik leerde wat een pokerface was:
Een grote gemaakte glimlach.
Hard worden leerde ik daar,
En hard was ik met mijn 10 jaar.
Op mijn 12e leerde ik hoe het was,
Als niemand je zag staan.
Geen ouders die je even vasthouden,
Of die naar je ouderavond gaan.
Mijn fantasie was mijn veiligheid,
Maar beschermen deed hij me niet.
Hoe hard ik er ook in wilde geloven,
Er was geen medicijn tegen verdriet.
Op mijn 13e ging ik de regels breken,
Zei jij 'ja', dan zei ik 'nee!'
Een puber vonden jullie,
Maar 'ik redde me wel'
Verder bemoeide jullie je er niet mee.
Ik rookte en werd aangerand,
Nog steeds merkte jullie het niet.
Hoe konden jullie zo blind zijn,
Dat je dat verdriet niet ziet?
Op mijn 15e leerde ik wat haat was,
'Houden van'dat was ik kwijt.
Het enige wat ik voelde was mijn woede
En ik had niks aan jullie spijt.
De pijn werd mijn vriend,
Mijn manier van overleven
Even een minuut zonder verdriet:
Iets wat jullie mij nooit konden geven.
Op mijn 16e verloor ik mijn vriend,
Aan een nieuw en eeuwig gevecht.
Een gevecht om te gaan leren leven,
Om mijn masker op te geven.
Niet langer stil te staan bij het verleden,
Bij de stilte en de pijn
Maar weer te leven in het heden,
En om weer mezelf te zijn.
Bijna 17 en moe gestreden,
Leg ik mijn hoofd op je schouder neer.
Wonden die genezen wel,
Maar het verleden doet zo'n zeer.
Je voelt me steeds een afstand houden,
Ik duw, trek, hoop en vraag
Maar ergens zit wel het vertrouwen
In morgen en vandaag..