De lente verklapt
langzaam zijn pracht
Op leliebladeren drijvend
als rozenblaadjes zo zacht
Een vlinder strekt zijn vleugels
voor het eerst uit z’n cocon
Denkend aan hoe alles
zo plotseling begon
Libellen vliegen ruisloos
over ’t water oppervlak
Vogels zingen vrolijk
In ‘t groene bladerendak
De natuur is aan ’t bloeien
De hemel kleurt de dag
De zon verlicht de zorgen
vervaagt ze, maakt een lach