Zonnestralen glijden men leven binnen,
Zodat ik ze een voor een ga beminnen.
Zo geven liefde en warmte af,
Het doet me denken aan wat jij me gaf.
Warme zonnestralen branden op men huid,
Met op de achtergrond een zacht geluid.
Met die zonnestralen lach ik de wereld toe,
Het leven is goed, ik ben het nog niet moe.
Samen met de zon zet ik men beste beentje voor,
Ja, deze wereld kan ermee door.
Elke dag opnieuw schijnt de zon in men hart,
Ik geef niet op, ik ben keihard.
Want ik weet, de zon geeft aan iedereen een straaltje,
Je hoort de vogels zingen, zelfs dat ene nachtegaaltje.
De zon zal er altijd voor mij zijn,
Geeft warmte en liefde, en neemt weg, de pijn.