De fiets
Afgelopen vrijdag bracht hij jou hier met veel moeite en gekraak,
Langzaam bracht hij je dat laatste stuk naar me toe.
Eenmaal klaar voor vertrek in de avond bleek het echter toch goed raak,
Ja ja, jou fietsje bleek toch een beetje levensmoe.
Naar huis brengen deed hij jou dus toch maar niet,
Na zes jaar dagelijkse arbeid had hij het toch wel eventjes gehad.
Maar het erbij laten zitten deed ik het niet,
Wat liefde, schroefjes, moertjes en zo deed hij wel weer wat.
Rijden zoals vroeger zal hij nu wel nooit meer doen,
Ik kon zijn leven nog wel even rekken.
Maar hij zal nooit meer zijn zoals toen,
Maar jouw fiets zal het nu wel weer een tijdje trekken.