Met een streng bevroren perspectief
waar passiviteit en beuzelpartijtjes
de boventoon voeren klinkt het vals
als de toekomst het verleden is en een man doolt
naar het einde van zijn leven.
Met een luiheid die de moeheid niet verdraagt
kijkt hij in een doffe spiegelwanneer zelfreflectie
haar glans heeft verlorenen slechts het doolhof
enige genade biedt.
Hij zwemt in dikke stroop
en is al bijgezet
voor de dood hem heeft geroepen.