Woorden,
uit mijn mond,
als golven,
een storm op zee,
de boot breekt los en
ik ben vrij.
Ik spreek,ik blijf maar gaan,
de één na de andere,
en jij,
je fluisterde me toe,
die lieve woorden,
troostend en wijs,
de liefde vang je niet,
steek je niet in een kooi,
je wordt er door overwelmd,
je wordt er door omringd,
je neemt een sprong in de duisternis.