er brand een hemels lichtje in mij
maar het huilen stond toch dichterbij
nu en nooit
is overboord gegooid
waar ik altijd zei
komt morgen wel
moet nu afremmen anders ga ik te snel
het pad is er wel
maar je ziet hem niet
dat is toch heerlijk
neem ik te tijd of ga ik stressen
morgen ga ik de maatschappij even uittesten
zal ik dan weer vrolijk huiswaarts keren
dat denk ik wel
want het tij gaat keren voor mij
dat weet ik wel
lugh