Ik ben geboren en getogen.
Kreeg nauwelijks de tijd om op te drogen.
De tijd tikt snel aan mij voorbij.
Altijd maar werken, veel te weinig vrij.
Zie nieuwe bladeren ontkiemen
en weer verdorren voor ik besef
wat er eigenlijk gebeurt.
Ik heb het koud maar vervolgens
is m'n huid door de zon verkleurt.
Seizoenen trekken aan mij voorbij.
Soms gaan ze gepaart met verdriet,
vaak ook maken ze me blij.
M'n huid zie ik verouderen naarmate
de jaren verstrijken.
Ga ik steeds meer op m'n vader lijken.
M'n haarlijn trekt zich langzaam terug.
Nog een paar jaar en dan loop ik met stok
en gebogen rug.
Looprekje en glazen oog, niets nieuws
meer onder de zon.
Achter de graniums naar buiten staren en
terug denken aan waar het ooit begon.
Hoe snel het voorbij is gegaan,
mezelf realiserend dat voor mij ook de tijd
niet is stil blijven staan.