Weet je nog de
tranen die ik om jou
gehuild heb, met snikken
dieper dan de liefde ging, en
het feit van jouw
sterfte
Rozen waren daar, de doornen
kerfden door mijn reeds
tot aan stukken gebrachtte hart
tranen ook, om in te
verdrinken, waarom heb je
me voorgoed verlaten
De kou van nachten die ik
eenzaam droom van samen zijn, dat
nooit meer kan, en dagen
later waarop ik hoop dat je
me nog weet
Er bleef niets over om
te kussen, je lippen
koud
Er bleef niets over van de hoop
nadat je viel in duizend nachten.