Observatie van een pad
De pad klimt uit zijn gat
in de spoorbiels van
Slavonisch eikenhout
tuinarchitectuur
Langzaam beweegt zijn snuit
went aan de koude morgen
De zon maakt een veeg ros
in de hoge lucht zichtbaar
Elke graad Celsius erbij
trekt de pad omhoog
een fractie dichterbij
mijn spiedend oog
Zijn onbeholpen sprong
breng hem onder de azalea
hij kijkt rond en legt zijn oor
te luister als een radar oog
De voeding wacht, slakken
kevers, pissebedden, vlieg
verdwaalde worm aan een
hongerige merel ontsnapt
Na een uur is hij terug
goudgeel met zwarte vlekken
de buik gevuld, rond gegeten
baadt nog even in de zon
Voorzichtig zakt hij
in zijn donkere huis
eerst de achterpoten
dan buik en dikke kop
De ogen schitteren even
voor hij weer verdwijnt
in zijn zompig gat
waar een bout gezeten had