'De blinde haat tegen de westerse samenleving
dikwijls afgedaan als onnodig kwaad.
Vergeten wordt hoe het verleden de spil is
waaromheen de frustratie en wraak draait.
Zolang gepersisteerd wordt bij de vordering van
halverwege vorig eeuw zal het Midden-Oosten blijven
baden in bloed en ruiken naar verraad. Amerika valt aan
zonder mandaat, speelt Eurazië steeds weer op de kaart.’
Bevangen door zijn woorden licht ik mijn hoofd
naar hem op in de hoop een voorspelling te horen
waarin de mensheid een bocht neemt naar
wederzijdse verdraagzaamheid.
Hoe ijdel bleek mijn hoop toen de profeet zijn hand
terug trok, verdween zoals hij mij verscheen en
het gevoel van onbehagen een krater in mijn hart sloeg.
Verlaten en verslagen zakte ik ineen, tranen baanden
een weg over mijn wangen, kwamen samen op mijn kin
enkel om uiteen te spatten op de drassige grond.
Ik opende mijn mond om de schreeuw te slaken
die in de holte van mijn keel een uitweg zocht maar
hoe hard ik ook forceerde stierf deze in het niet.