Alles wat mij gelukkig maakte
heb jij van mij afgenomen.
En eerlijk gezegd weet ik niet
of iemand dit had kunnen voorkomen
Of iemand had kunnen voorzien
dat dit met mij zou gebeuren.
Dat jou aanwezigheid mij zo uit
elkaar zou kunnen scheuren.
Dat alles wat jij zei een deed
mijn leven zo kapot zou maken.
Dat jou harde en gevoeloze woorden
mij zo diep zouden raken.
Dat jouw gedrag zo’n grote
invloed op mijn leven kon hebben.
Dat al mijn kracht en levenslust
uiteindelijk weg zou ebben.
Dat ik door jou alles wat ik
had zou gaan verliezen.
En ik mijn leven boven dat van mijn
ouders zou gaan verkiezen?
(ik heb moeten kiezen tussen wonen bij mijn ouders of bij mijn tante. dit kwam omdat ik niet meer kon leven met mijn broertje die een gedragsstoornis heeft.)