Vroeger waren ze nog met zen twee
en stonden steeds voor je klaar heel gedwee,
Ze gaven je een ontspannen gevoel
als je thuis kwam, en moe neerplofte in je stoel,
Je voelde je onmiddelijk thuis
zo met je pantoffeltjes voor de buis,
Twee sloefjes dicht bij elkaar
van in het begin waren zij een paar,
Maar de hond van je baasje stopte die pret
en al gauw werden de sloefjes aan kant gezet,
In een van de twee zat een gat, en O jee
de hond van je baasje ravotte er mee,
Hij werd gedumpt bij het vuil
en sindsdien houd de andere zich schuil,
Hij word niet meer gedragen
dat kan nu ook niet meer,
Het sloefje ligt nu eenzaam
bij de rommel van meneer,