- Ok, ga es allemaal zitten, dan kan ik zien wie nog geen plaats heeft. Wie heeft nog geen plaats?
* Ik meester.
- Ah, Joke, komt goed uit, dan mag jij op de eerste rij voor mijn bureau gaan zitten. Voel je je nu niet goed?
* Ohja, meester, wat ben ik blij !!
- Ok, ga maar zitten, dan gaan we verder met de les!
In gedachten: Toch niet! Verdomme.
Waarom moet ik altijd vooraan zitten?
Waarom mag ik nooit kiezen?
Waarom zien ze me nooit staan?
Waarom haten ze me?
Waarom walgen ze van me?
Waarom denken ze altijd: Oh jee, Joke is daar, moet je kijken, welke lelijke kleren! Hahahaa belachelijk tot en met! Zolang ze maar niet naar mij komt. Oh nee, ze is daar. Waarom wil ze nu naast mij zitten?
Ge moet desnoods maar op de grond zitten, kan mij dat wat schelen, zei iemand haar.
Maar dan barstte ze uit: Zeg, ligt het aan mij of ben ik de enige die inziet dat deze hier de pot op kan? Tis altijd van: Hahaha, moet je kijken! En waarom trekt iedereen zijn neus op en gaat dan twee meter verder van me staan? Ik stink toch niet of zo? Ik doe zelfs m'n uiterste best om er goed uit te zien, om goed te ruiken, om vriendelijk te zijn, en wat krijg ik? Stank voor dank. Ge kunt allemaal rotten in de hel! Als het zo zit, dan ben ik hier weg. Salu en de kost !!!!!
Dit gedicht (gedacht eigenlijk) draag ik op aan al mijn lieve lieve lieve liefste vriendjes van op mijn vorige school !!!