Noorderlicht .
Schitterende vonken.
Een glans als van kristal.
Sluiers die aan de hemel blonken
vuurschichten overal .
Zo is de lucht in ijsland
als het noorderlicht verschijnd.
Het is moeilijk hier te slapen,
met de dag die nooit verdwijnt.
Ge ziet ze al van verre
de gletsjers en het ijs.
De torenhoge rotsen ,
’t lijkt hier het paradijs.
Ik ben hier naartoe gevaren
dit land vergeet ik nooit.
Mischien zal ik er weerom komen
als het ijs er weer ontdooit .
Pramodah.