Een klein lichtje
De geur van Hem, die leefde zonder zonden,
verspreiden wij als stuifmeel met de wind.
Hij stierf, maar ‘t duister heeft Hem niet gebonden,
gelijk de duisternis ook ons niet bindt.
De geur, verspreid bij levenden en doden,
als levensgeur of als een dode lucht.
De kans tot leven werd hen wel geboden,
maar velen zijn toch in de dood gevlucht.
Wij moeten schijnen, en zijn geur verspreiden,
en licht zijn op de berg, in donk’re tijden,
ons hele leven moeten wij Hem wijden,
dat zelfs de dood ons niet zal kunnen scheiden.
Zelfs ‘t kleinste lichtje in de donk’re nacht
heeft toch al velen tot het Licht gebracht.
( naar Mat. 5:13-16 )