Openlucht concert.
Ik liep met de-anderen-in-mezelf langs de donkere ramen
de straat was vol geluiden, maar ik had de ramen
tot we bij het plein aankwamen, en ik naar de tap toe liep
iemand riep mij; 'Hallo', een stemmetje dat riep.
Ik draaide mij om en keek voorzichtig vanachter mijn zonnebril
trillend doorvoer mijn lijf een plots ontstoken zinnenril;
daar stond ze en lachte; ZIJ, die ooit op de lagere school
voor mijn ontluikende liefde was daar waarlijk grootst idool.
Alsof ik wilde blijven staan en grijpen liep ik snel weer weg
snel naar de tap toe die logisch meest rechte weg
maar dat lach gezichtje en die rode trui die bleven alsmaar
rondspoken zoals een schilderij als je maar bleef staren naar
*** ***
Van de laatste lieve lust
wil ik een liedje zingen
slaat mijn hart, tring, trang, trong op hol
van de lachewangetjes zo leuk en bol
van de laatste lieve lust wil ik een liedje zingen...
*** ***
Sommige mensen zijn goed en beter als de rest
ik niet en zette me neer met de dorst die niet lest
op een bankje en het concert ging verder en ik ook
ontvluchtend nieuwe verhalen rond het oude spook.
Er was veel te zien, mijn ogen wiekten in het rond
de zon stond hoog, haar blonde haren vielen in het rond
de opgetogenheid van vlees dat tinteld in het rond
niemand die nog zag dat het treuren nog bestond.
De Anderen zij waren nu verdwenen en ver weg gegaan
met volle glazen, met volle ogen ben ik weer gaan staan
ik liep een rondje om te kijken of ik iemand zag
die ik kende, maar er was alleen een spookje dat ik overal zag
*** ***
Van de laatste lieve lust
wil ik een liedje zingen
slaat mijn hart, tring, trang, trong op hol
van de lachewangetjes zo leuk en bol
van de laatste lieve lust wil ik een liedje zingen...
*** ***
Ik ging met de-anderen-in-mezelf langs de donkere ramen
niet langer met nadruk echter dat zij kwamen
't was daar vaag en onbegrepen waar ik overal liep
en iemand riep steeds; 'Hallo', met een stemmetje dat riep.
's Nachts heb ik gedroomd en vannacht en gisteren ook
dat we gingen stappen samen, ik de rode trui en het spook
wakker te worden met de dorst van de dorst die niet lest
slaat om de dagen een waas en om de dingen en de rest.
Maar vol gebeuren waren de stilten-die-overal-in-het-rond
mijn geest kwam eindelijk weereens tot leven en was zowaar gezond
niet te treuren is een fantasie die een nazang schiep
en overal was nazang, beginnend en eindigend met het stemmetje dat riep
*** ***
Van de laatste lieve lust
wil ik een liedje zingen
slaat mijn hart, tring, trang, trong op hol
van de lachewangetjes zo leuk en bol
van de laatste lieve lust wil ik een liedje zingen...
*** ***
____________voor Simoontje
________________23-6-1994