In bed en beneden geluiden horen.
In bed onder de dekens en gordijnen dicht
Achter de ramen de buurt waarin ik geboren ben
en waar iedereen woonde die ik kon.
een kamer verder lag mijn broer
Soms waren er beneden spannende geluiden te horen
of er was bezoek of er was een feest.
Met feesten waren ook wij opgetogen
onze oren waren gespitst en ondanks
dat wij boven waren deden wij toch een beetje mee;
zaten we bij elkaar op bed en waren bezig met
onze eigen feestelijkheden om hoe wij het leven zagen
en zien wilden
spannende geluiden van vaders daadkracht
of moeders voorzichtigheid
of ze hadden echt ruzie en moeder huilde
en vader verliet deuren klappend het huis
ik zocht meestal mijn broer op; 'Ben je ook nog wakker?'
en we zaten weer bij elkaar, om hoe wij het leven zagen
en zien wilden
Dit was tot mijn veertiende zo
daarna kon ik alleen nog, als ik goed luisterde,
mijn moeder horen, echter zij maakte nooit meer
zoveel geluiden en nooit meer waren er nu en dan
andere mensen te horen
ik hoorde alleen nog engels sprekende t.v stemmen
waarbij ik nooit echt beelden kon krijgen
en mijn broer sliep meestal meteen
Voordat het jaar voorbij was verhuisden ook wij.
Tegenwoordig lig ik heel anders in bed
en ik hoor nu geen geluiden meer waarnaar ik echt luister
want geen meer die mij echt aanspreken
Ook mijn broer ligt niet meer een kamer verder
en achter de ramen bevindt zich een andere stadswijk,
een onbekende.
Ik ga weleens naar feestjes,
ookal gaan veel van die feestjes vaak tot aan de ochtend door,
en ga ik nooit als eerste naar bed,
als ik mij er op een matras neerleg
herken ik iets van mezelf weer; lig ik met gespitste oren
gaan er minuten voorbij dat ik opgetogen lig te luisteren
klinkt alles immens als door mijn kathedrale hoofd.
Ik herken het gevoel nu dat ik erbij heb
het is paniek. Maar toch
en toch...het in slaap vallen
het in slaap vallen
is mij als een lief, lief thuis.