______________________
"dat aan gewicht ontviel"
Van magistrale aard zal dit niet worden
geen geest die mij laat zijn
zegt vandaag de volle woorden
die ontluiken mijn zieltje mijn.
Ach nee, ik hoef ook niet te pogen
droog is de mond, verdroogd het hart
geen gedicht laat zich verhogen
tot boven het snijdende van de smacht.
Geen dees strofen zal bezield zijn
ondanks willen en ondanks maat
vandaag is mijn hart te klein
ik geloof zelfst dat het huilen gaat.
te diep in mijn schulp gekropen
te ontheemd en te ontdaan
geen register trekt zich open
vlug wil ik weer gaan slapen gaan.
Want geen vandaag, al schrijf ik toch
ach nee, vandaag is wat ik zocht
in smalte klein, slechts vaag bezield;
een gedicht dat aan gewicht ontviel.
_______________