Is als een duizendjarig licht,
dat zon op alle leven richt.
En zich ontmantelt in een zacht gebaar,
verzoend met alle nijd en haat.
Zij troost en zalft met milde handen,
en smeedt aanéén gebroken banden.
Haar stille lach vol eenzaamheid,
baadt in een licht van zonneschijn.
Zij luistert naar 't gezang in 't woud,
waar alle onschuld leven houdt.
Haar hart dwaalt over bergen, zeeën,
waaruit haar ziel verrukt ontwaakt.
Haar woorden zijn als 't puurste lied
van al wat in haar hart geschiedt.
Zij wikt en weegt, het goed van kwaad,
want in haar bron, ligt ons gelaat!
~bolleke~