Drijfzand
In drijfzand zink ik weg
vind geen vaste grond onder mijn voeten
en het maakt niet uit wat ik zeg
of hoe hard ik schreeuw
niemand kan mij horen roepen
er is niemand die het interesseert
hoe snel, hoe diep ik vallen kan.
Tot aan mijn oren in de grond
zit ik vast, kan niet bewegen
ik voel het zand al in mijn mond
schuren als ik woorden spreek,
barrière tegen wanhoopskreet
niemand die mij nog kan zien
als ik diep onder zand bedolven
naar mijn laatste adem snak.