Vroeger geloofde ik in sprekende sokken,
In donk`re bossen en Sint Niklaas
Op mijn brood alleen chocolade vlokken
Was Jezus zoon en God de baas.
Met mijn allernieuwste ogen,
Schiep ik de wereld naar mijn evenbeeld.
Mijn leugens waren echt niet gelogen,
Mijn wonden nog met een kus geheeld.
Daar, achter de maan, loop ik thans voorbij.
Nee, stil sta ik. De aarde draait onder mij,
En het hemels verleden straalt op me neer.
Stiekem stuur ik mijn licht op verre reizen
Zodat daar waar andere levens peinzen,
Jij en ik samenblijven. Nou ja, zo ongeveer.