Al was ik een kikker, al was ik een vogel
Al was ik een kikker in het riet
Xou je dragen en beminnen
Want je haten kan ik niet
Was ik een vis, ik gaf je een vin
Was ik een vogel, ik gaf je een veer
Was ik een kikker, kgaf je kweetnietwat
Want ik hou van je, elke dag meer
Maar ik ben geen kikker, ik ben geen vogel
En ik ben ook geen vis
Maar diep in mij, in m'n hartje
zit alles wat me dierbaar is
Een regenboog, de sterren en de maan
De bomen, de zee, de lucht zo blauw
Mijn vrienden, familie, een lach en een traan
Maar het grootste stukje is bezet door jou.