Zonder jou zijn de dagen leeg
mijn ogen
zien dan niet meer de helderheid
van al dat moois
wat op mijn weg voorbij komt
het gaat allemaal
aan mij voorbij
de rood wit paddenstoel
dat tussen eikenbladeren
net kopje boven komt
of de nachtegaal
die kleurig kale takken sieren
het gaat allemaal
aan mij voorbij
de vlinder waar haar kleuren
opgaan in de regenboog
alleen het fladderen haar kleur bekend
of de droom die werkelijkheid is
als in het paradijs met voeten op de aarde
het gaat allemaal
aan mij voorbij
echter alleen al de gedachte aan jou
vormden de schoonheid van dit gedicht
zodat ik weet hoe ik rijk ik ben