Geen bont of blauwe plekken
Geen rode striemen op mijn vlees
Geen bulten, geen littekens
Geen druppels bloed vermengd in de tranen,
maar er is pijn en wat doet het zeer.
De binnenkant van mijn lichaam
bont en blauw.
Wat heb ik gedaan?
Want het was mijn schuld zei jij,
maar ik was twaalf en ik begreep
het dus niet zo goed, begrijp je?
De rode striemen zitten op mijn ziel
Aangebracht door de zweep van je tong
Ik was niks waard
Ik was slecht en doortrapt
Ik was dom en kon beter mijn mond houden.
Ik was twaalf en ik dacht dat je gelijk had,
dus ik zweeg.
De bulten en littekens zitten op mijn zelfvertrouwen
veroorzaakt door de stompende scheldwoorden
die je voor mij bedacht,
maar ik verdiende ze,
want ik was lelijk en gemeen.
Ik wilde jou leven kapot maken,
maar ik was twaalf en ik hield van jou
dus waarom had ik dat willen doen?
De druppels bloed stromen uit mijn hart.
Je woorden waren als scheermesjes.
Met je spelletjes speelde je met mijn brein.
Constant veranderde je de regeltjes,
zodat je de touwtjes helemaal in handen had.
Was je dan zo bang voor mij?
Per slot van rekening was ik twaalf
en je had mij helemaal in je macht.
Maak mijn lichaam open en je ziet mijn
platgeslagen hart, mijn geflarde ziel,
verbrand door het zuur van de woede
en zenuwen die niet meer reageren
op het verstoorde denken van een gekwelde geest.