je kind speelt buiten met een bal.
dan opeens hoor je een knal.
je kijkt naar buiten.
je ziet brand en wat gebroken ruiten.
maar daar op de grond,
licht je kind zwaar gewond.
je loopt er naar toe.
je wilt haar helpen maar hoe?
dan komt de ambulance.
de artsen in het ziekenhuis zeggen:
ze heeft niet veel kansen.
je voelt een hevige pijn
en denkt waarom,waarom moest het mijn kind zijn
je zit voor de kamer waar je kind ligt
je wacht uren maar de deur blijft dicht.
dan komt de arts naar je toe.
hij zegt ze is overleden en jij zegt hoe?
dan komt eindelijk je man
je zegt dat hij niks meer doen kan.
dan is de dag van de begravenis aangebroken
en jij zit natuurlijk in een hoekje gedoken.
je loopt naar de kist en zegt gedag.
maar diep in je hart zie je haar altijd met een
grote glimlach.
einde