Jij was mijn landkaart
in dit doolhof.
Jij hielp me,
maar je bent me beu.
En nu?
Ik ben de weg kwijt.
Ik heb geen landkaart
meer om me de
weg te wijzen.
En nu?
Ik weet dat er een uitweg
is om uit dit doolhof te geraken.
Maar ik weet niet of
ik 'm ooit zal vinden.
En nu?
Ja, jij bent al door.
Jij bent er al uit.
Jij ging me helpen.
Maar je liet me alleen.
En nu?
Ik vertrouwde op jou.
Maar het waren loze beloften.
Het waren lege woorden.
Geen inhoud.
En nu?
Moet ik links, recht of vooruit?
Ik ben mijn landkaart kwijt,
ik ben mijn weg kwijt,
ik ben verdwaald,
ik ben verloren.
En nu?