'k zag een beeldige dichter
in ’t park gezeten
op een bank voor hem alleen
zo intens geconcentreerd
'k zag hem fronsend peinzen
met gekwelde blik
‘t geschreven woord
op zijn papier bekijken
en al de rest
rondom vergeten
zelfs het straatrumoer
dat deerde niet
zelfs de duiven
op zijn hoofd
bleven ongestoord
witte strepen schijten
’t was dan ook maar
een bronzen beeld
in 't park gezeten