Is het leven geen kermis.
Steeds hoger, sneller.
En we denken te kunnen overwinnen, elke hindernis.
En de race wordt feller en feller.
Steeds weer iets nieuws verzinnen.
Het uitleven van onze zinnen.
Maar de ware uitdaging willen we niet overwinnen.
Het is slechts de buitenkant die we beminnen.
We blijven doof voor de ware Stem.
Verdoofd door onze eigen stem.
De vele stemmen die in ons hoofd weerklinken.
We willen in de vergetelheid wegzinken.
En we moeten zoveel.
We willen zoveel.
Soms wordt het teveel.
Maar als het te lang stil is, grijpt de angst ons naar de keel.
Daarom liever alles sneller en sneller.
Meedraaien in de mallemolen.
Maar steeds meer mensen draaien door.
Steeds meer vragen zich af, waar leef ik eigenlijk voor.
Voor brood en spelen roepen de anderen in koor.
Niet wetende wat men verloor.
Ja het leven is een kermis.
En we willen vergeten.
We zijn alles vergeten.
We dromen.
En worden door onze eindeloze illusies meegenomen.
Zo zal er nooit een eind aan dit verdovende spel komen.