Moeder wil niet onderdoen
voor opgroeiende jeugd.
Ze gaat niet graag ten onder
in de schaduw van de tijd.
Ze heeft het al eens meegemaakt
en wil nog lachen, leven...
Ze doet dingen die ze niet kan
net als een kind van zeven.
Verstrooid in alle gekheid
is ze niet te vertrouwen.
Ze wil wel dansen, maar dat gaat niet
als je in een rolstoel zit.
Meewaarige blikken incasserend
is ze niet meer op haar best.
Leeftijd doet haar hoop op leven
kelderen met waardigheid.