aanschouw die man in dat grijze gewaad,
die man met dat niets uitdrukkende gelaat.
hij loopt elke dag door de lange gangen
van het leven met zijn magische wangen.
sommige deuren waaien voor ons open
en andere komt hij voor je open blazen.
zo zijn er oneindig veel splitsend tot een doolhof
maar geen enkel oordeel van hem kan je kopen.
sommige mensen is hij goed gezind,
anderen verdwalen er helemaal hopeloos.
veelal maak ik mij hiervoor erg boos.
maar soms komt ge dankzij zijn kracht,
in de warme kamer waarop ge al lang wacht.